Mozzarella

Mozzarella ontleent zijn naam aan het specifieke productieproces. In het Italiaans verwijst het woord “mozzare” naar het proces waarbij de wrongel met de hand wordt bewerkt, tot een lint wordt gespannen en in bolletjes wordt gesneden.

De term “mozzarella” dook voor het eerst op in Italië in 1570 in het kookboek van Bartolomeo Scappi, kok aan het pauselijk hof. Van de productie van kaas met buffelmelk wordt echter al melding gemaakt in de 12e eeuw.

Monniken van het klooster van San Lorenzo in Capua boden de gelovigen Djdens de jaarlijkse bedevaart kaas aan die “mozza” werd genoemd.

Later, in de 14e eeuw, werden op de markten van Napels en Salerno alleen nog “mozze” verkocht die tegen vervoer bestand was. Mozzarella werd pas populair aan het eind van de 18e eeuw, nadat de Bourbons een buffelboerderij hadden opgericht.

Mozzarella is een van de zachtste en smeuïgste kazen op de markt. Maar het is ook een van de minst vette en zoute kazen. En het zijn juist de verzadigde vetzuren en het natriumgehalte die van overmattge kaasconsumptte een risicofactor maken voor hoge bloeddruk of hart- en vaatziekten .

Mozzarella, gemaakt van buffelmelk, is een uitstekende bron van calcium, dat essentteel is voor de mineralisatie van botten en tanden en osteoporose voorkomt. Fosfor is ook aanwezig en speelt een belangrijke rol bij de regeneratie van weefsels.

Mozzarella, rijk aan eiwitten, dezelfde als die van vlees, is een voedingsmiddel dat bijdraagt tot de instandhouding van de spieren. Het is ook ideaal voor vegetariërs die dierlijke eiwitten in hun dieetwillen opnemen. Zoals veel kazen bevat mozzarella vitamine B12, dat nodig is voor een gezond immuunsysteem.